Nog een kort stukje: 25 km. Met een heel andere voedingsstrategie, nodig vanwege de vele hypo’s in de eerdere etappes, zag ik er echter wel tegenop.
Mijn plan was eigenlijk om de hele route in een richting te lopen zoals het hoort. Maar ik was vergeten rekening te houden met de zaterdag. De eerste bus van Valkenburg naar Gulpen zou vrij laat vertrekken, waardoor ik pas rond negen uur in de hitte kon starten. Ergo: het laatste stuk ben ik opnieuw richting Gulpen gegaan, want de trein naar Maastricht vertrok wel op het juiste tijdstip.
Wie overigens denkt dat mijn lijf nu wel totaal vermoeid moest zijn, er zat al een kilometer of 80 op, heeft het mis. Op mijn horloge hou ik altijd de rusthartslag bij. Die ligt normaal tussen de 44 en 48 slagen per minuut bij mij. Is het veel hoger, dan ben ik vermoeid. Deze dag was hij met 51 weliswaar iets hoger, maar hij had ‘s nachts – bij volledige rust – liggen laden. Dat leek dus mee te vallen, want als je dat moment mist en met veel bombarie alles klaarlegt nadat hij weer om is, kun je een paar extra slagen verwachten. Overigens was hij de dag na deze etappe weer gewoon 46. Vermoeidheid zou vandaag dus niet de uitdaging zijn. Die zat hem vooral in het voorkomen van weer een dag gevuld met hypo’s.
‘Nuchter’
De afgelopen jaren werkte mijn strategie van iets minder insuline en regelmatig eten tijdens een lange duurloop heel goed. Ik heb diverse lopen gehad waar 6-7 mmol/l tijdens de hele weg lukte. Maar na de ervaringen tijdens de eerste en tweede etappe moest er wat veranderen. Gesterkt door het verhaal van Bas van de Goor besluit ik voor een nuchtere start te gaan. Van de Goor is een profvolleyballer met type 1 en gouden medaille op de Olympische Spelen, en met zijn Bas van de Goor Foundation probeert hij diabeten aan het sporten te krijgen. Hij weet er dus wel wat vanfaf, maar nuchter starten benauwt me ook. Vooral vind ik het lastig iets aan te nemen van iemand die zegt niet te eten tijdens een marathon en daarbij 1,5 pak dextro vergeet omdat het geen gel is; koolhydraten tellen, vorm is bijzaak. In 32 jaar diabetes heb ik ook genoeg onzin gezien en daarnaast weet ik dat wat voor de een werkt, niet altijd goed uitpakt bij de ander. Ook de component hongergevoel zag ik erg tegenop: geen ontbijt, lege maag.
Toch viel ook wel iets voor deze strategie te zeggen. De theorie is dat insuline vlak voor het sporten wel 2-3 keer zo effectief werkt, wat de vele hypo’s van de eerste etappes kon verklaren. Daarnaast was er wel degelijk insulin on board om suikers om te zetten: de Tresiba werkt gewoon door en dat is bijna de helft van mijn insuline (18 Tresiba, 8-8-8 Fiasp). Ook ging ik niet voor helemaal nuchter, maar startte ik met 500 ml Ucan superstarch. Dat zetmeel breekt langzaam af (1,5-2,5 uur na een half uur inwerken) waardoor de bloedsuiker stabieler blijft. Daarmee zou eten in de eerste 2 uur waarschijnlijk niet nodig zijn.
Door de Ucan steeg de bloedsuiker wel langzaam voor de start. Tot mijn geluk niet te hoog, al had ik geen idee hoe het zonder kortwerkende insuline gedurende de loop zou uitwerken. Een vrees van mijn specifieke aanpak was vooral dat ik door gebrek aan insuline erg hoog zou starten. Dat heeft als gevolg dat je dorst krijgt en je spieren verkrampen. Iets wat je niet wilt voor een lange afstand.
Busbaan
Regelmatig metend vertrok ik wederom vanaf NS station Maastricht. De benen voelden goed, er was energie, de bloedsuiker was relatief hoog maar niet extreem (ik functioneer het best tussen 6 en 8 mmol/l; 5 of lager betekent een directe val in snelheid). Volgens de Facebookgroep van het Krijtlandpad, was dit stukje rond Maastricht het saaiste deel van de hele route en kon je net zo goed de bus pakken.
De eerste 3 kilometer zat daar zeker wat in. Al snel liep ik op een soort van busbaan tussen twee wegen in. Maar het was geen busbaan, het was een heel brede weg gemaakt van dezelfde leem met harde stenen die je ook op de smalle weggetjes tussen de heuvels vindt. Dat het zo extreem breed was en door een saaie wijk ging, maakte het geheel wat bevreemdend. Al snel verliet ik echter de stad en waren er weer de glooiende aardappel- en graanvelden. De classificatie als saai stuk vond ik daarom wel wat onterecht. Zeker als ik een paar kilometer verder bij de prachtige mergelgroeve bij de Geulhemmerberg met zijn gele en rode tinten.
De groeve zelf zou in totaal 25 km aan gangen moeten hebben. In de Tweede Wereldoorlog gebruikten de Duitsers deze gangen als veilige plek om motoren voor de V1-raket te produceren. En tot 1900 woonden er nog mensen in grotwoningen in het gebied. Wonderlijk dat een natuurmonument als dit gewoon in Nederland bestaat. Dat het al meer dan een eeuw een toeristische attractie is, verwondert weer wat minder.
Valkenburg
Voor de zekerheid had ik mijn hotel opgenomen in de route van vandaag. Als er extra spullen nodig waren, of ik was het zat, dan kon ik daar altijd stoppen. Maar het was niet nodig. Ik liep deze dag een stuk sterker en gemakkelijker dan tijdens de eerste twee etappes en dat was volledig te danken aan de bloedsuikers. Die waren wel continu iets te hoog (9-10 mmol/l) maar ik kon gewoon doorlopen tot na 2,5 uur de Ucan was uitgewerkt. Zonder extra voeding of sportdrank – op een paar slokjes na – in te nemen. En de honger viel mee, dus met een beetje finetuning zou ik het zo weer proberen.
Een groot deel van de route rond Valkenburg kende ik al van de kastelenwandeling. Opnieuw klimmen naar de Wilhelminatoren en door het bos. De eerste echte stop maak ik pas bij de orchideeëntuin in het Gerendal. Helaas – orchideeën fascineren me – is de tuin gesloten, maar op een bankje kan ik rustig de zonnebrand opnieuw aanbrengen. Hoewel het vochtig is, lijkt het tijdens de laatste etappe minder warm. Of ligt dat nu aan het nieuwere model Odlo-shirt dat veel dunner is dan de oude Ceramicool? De werkelijkheid is namelijk dat ik startte met 24 C en eindigde met 31 C.
Door de kalkbodem is het Gerendal een bloemenoase, zelfs nu de meeste bloemen al waren uitgebloeid was het er erg groen. Wederom een weldaad om te lopen dus. Maar in de verte doemden de inmiddels bekende heuvels van Gulpen al weer op. En ik was teleurgesteld. Dit stuk ging te makkelijk en was te vroeg voorbij. Het was pas 11 uur ‘s ochtends!
Uitwandelen
‘s Avonds heb ik nog een mooi stuk gewandeld in de omgeving. Opnieuw met een route van Visit Zuid-Limburg, dit maal met de hoogtewandeling die ik in tweeën had gehakt. Voor vertrek op zondag zou ik de hoogteburcht nog bezoeken en het tweede deel van die route uitlopen.
Altijd bijzonder hoe je weken tevoren vol ontzag naar een afstand kijkt en vervolgens teleurgesteld bent als het voorbij is. Ik had nog dagen kunnen lopen aan mijn benen te voelen. Pas na de rustmaandag, begon ik mijn voeten te voelen. Ze waren droog en op beide voeten zat één blaar. Of die nu van het wandelen kwam, of door het schuiven over de stenen in de beekjes (en weglaten van de rockplate), weet ik niet. Maar het lichaam is duidelijk sterker dan de geest hier.
Afgelegd: 24,16 km, 378 hm, 3 uur 44 minuten en 41 seconden.